Verslag bijeenkomsten over pedagogisch klimaat in de sport

In bijeenkomsten op 7, 9, 14 en 16 september sprak de Nederlandse Sportraad (NLsportraad) met professionals en vrijwilligers over het pedagogische klimaat in de sport. De NLsportraad deed dat om zich voor te bereiden op zijn advies aan de minister van Sport over het pedagogische klimaat in de sport in Nederland.

Om zo breed mogelijk input te verzamelen, heeft de NLsportraad een oproep gedaan om mee te denken aan iedereen die kennis heeft over of ervaring met het pedagogisch klimaat in de sport. Zo kwamen de raadsleden en commissieleden te spreken met buurtsportcoaches, jeugdtrainers, gymleerkrachten, beweegmakelaars, verenigingsadviseurs, sportpedagogen, beleidsmakers en vele anderen van zowel sportverenigingen als commerciële en anders georganiseerde sportaanbieders. De bijeenkomsten lieten zien dat de aanwezigen zich stuk voor stuk erg betrokken voelen bij het onderwerp en bevestigden het belang van een kwalitatief goed pedagogisch sportklimaat.

Wat is een pedagogisch klimaat?

In de sport bestaat geen eenduidige definitie van een goed pedagogisch klimaat. Wel waren aanwezigen het erover eens dat plezier een belangrijke uitkomst is van een goed pedagogisch klimaat. Ook (sociale) veiligheid werd door bijna iedereen genoemd. De uitleg die deelnemers daarvan gaven was dat een kind zichzelf moet kunnen zijn en de ruimte moet krijgen om zich op eigen niveau te ontwikkelen en mee te kunnen doen in sport en spel. 

Goede voorbeelden

Hoe je in de praktijk bouwt aan zo’n goed pedagogisch sportklimaat, werd duidelijk toen deelnemers goede voorbeelden gaven van situaties die ze in hun werk of privéleven tegenkwamen. Voorbeelden kwamen zowel uit de praktijk als het beleid. De rijkdom aan voorbeelden illustreert dat er enorm veel initiatieven bestaan en dat op veel plekken het belang van een goed pedagogisch sportklimaat wordt onderkend. Enkele interessante voorbeelden:

  • Clubkadercoaches zijn in diverse gemeenten aan het werk: een professional zet daar bij verenigingen trainersbegeleiding op.
  • Pedagoog op de club is een project van de gemeente Rotterdam. Verenigingen krijgen daar extra pedagogische ondersteuning van een professional.
  • De gemeente Arnhem heeft Vitesse Hattrick: kinderen tussen de 8 en 12 uit bepaalde wijken trainen wekelijks samen en spelen regelmatig een toernooi. Fairplay is daarbij een belangrijke pijler. In dit programma werken de kinderen aan sportieve en maatschappelijke doelen, waarbij ook de ouders betrokken worden.
  • De KNVB houdt in de jongste leeftijdscategorieën geen klassementen meer bij.
  • Korfbalvereniging MIA heeft een trainingsbegeleiding die zo populair is dat vrijwilligers in de rij staan om trainer te worden.
  • Youth Empowerment Through Sport is een project in onder andere de gemeente Schiedam, dat sport als middel gebruikt om jongeren zelfredzaam te maken.
  • Bij de STAR-methode van de Nederlandse Basketball Bond staat niet winnen centraal, maar het plezier en samenspelen.
  • Modules pedagogiek kunnen worden opgenomen in een lesprogramma voor trainers.

Bouwstenen praktijk

Als je de voorbeelden naast elkaar legt, is er een duidelijke rode draad te vinden. Het is van belang dat een sportvereniging of een sportaanbieder de intrinsieke motivatie heeft om met de kwaliteit van het pedagogisch klimaat aan de slag te gaan. Daarnaast moet het onderwerp geborgd zijn binnen een organisatie: dat betekent dat het niet van de motivatie en inzet van één persoon afhankelijk mag zijn of een goed pedagogisch klimaat ontstaat en wordt vastgehouden.

Volgens de aanwezigen worden intrinsieke motivatie en borging in de hele organisatie bevorderd door er onderwerp van gesprek van te maken. Om daadwerkelijk aandacht voor pedagogisch klimaat te creëren en vast te houden, is het belangrijk om vertrouwen op te bouwen en verbinding te zoeken met alle betrokkenen.

Naast het borgen van een goed pedagogisch klimaat in een organisatie is het van belang kinderen zelf te betrekken bij hun eigen ontwikkeling. Interessante discussies ontstonden over hoe je dat doet. Werk je bijvoorbeeld volgens spelregels of kun je kinderen juist een eigen keuze geven en laten meebepalen? Ook ouders zijn een belangrijke partij op en langs het sportveld; zij kunnen veel invloed hebben op hun kinderen. Daarom is het ook van belang om in hun betrokkenheid te investeren.

Ten slotte benadrukten aanwezigen dat het goed is om te beseffen dat de weerstand vaak niet zit in het onderwerp: mensen zijn niet tegen een goed pedagogisch klimaat. Wel zijn ze bang voor de uitwerking: vrijwilligers die zich belemmerd voelen om op hun manier een training te geven of ouders die het gevoel hebben dat ze hun kind niet meer mogen aanmoedigen. Uit de praktijkvoorbeelden blijkt dat het bevorderen van het pedagogisch klimaat een gedrags- en cultuurverandering vraagt binnen de sportorganisatie die vaak begint met kleine, concrete acties.

Visie, continuïteit en professionalisering

Ook als het erom gaat landelijk en gemeentelijk beleid voor een goed pedagogisch klimaat te ontwikkelen, waren er duidelijke bevindingen. De aanwezigen op de bijeenkomsten zeiden een eenduidig beleid op landelijk niveau te missen. Daardoor zijn er grote verschillen in prioriteit, aandacht en visie tussen verschillende gemeenten en bonden. Het is belangrijk dat niet alleen sportverenigingen, maar ook gemeenten en andere organisaties een duidelijke visie hebben hoe je het pedagogisch klimaat kunt verbeteren. Als je ernaar streeft dat de jeugd meer gaat sporten en bewegen zonder dat je daarbij een plan hebt voor een goed pedagogisch klimaat, kan dat ertoe leiden dat sport toch niet het plezier en de veiligheid oplevert die we voor ogen hebben. Mogelijk haken kinderen daardoor weer af.

Een ander belangrijk punt is de continuïteit en stabiliteit van aandacht en subsidie vanuit bijvoorbeeld gemeenten. De aanwezigen merkten op dat nu vaak losse projecten worden gesubsidieerd om het pedagogisch klimaat te verbeteren. Daardoor is er weinig aandacht voor de langetermijndoelen en -effecten. Niet alleen loop je hierdoor blijvende aandacht en goede borging van het onderwerp mis. Het is ook een arbeidsmarktvraagstuk: tijdelijke medewerkers vertrekken weer en zijn niet makkelijk te vervangen in de huidige krappe arbeidsmarkt.

Als derde wordt ook professionalisering als een belangrijk punt gezien. Bevordering van een goed pedagogisch klimaat zou duidelijker opgenomen kunnen worden als competentie in opleidingen. Andere mogelijkheden zijn om professionele begeleiding of coördinatoren voor trainers in te zetten.

Vervolg

De commissie neemt alle praktijkervaringen, informatie en overwegingen mee in de analyse die ze momenteel maakt van het pedagogische klimaat in de sport in Nederland. Vervolgens gaat de commissie aan de slag met een advies aan de minister van Sport. De bedoeling is het advies begin 2022 aan te bieden.

Heeft u nog informatie of ervaringen die u graag wil meegeven aan de commissie? Mail dan gerust naar info@nlsportraad.nl of bel met 070-3407273 en vraag naar Tessa van der Velden of Annet Tiessen-Raaphorst.